De wijk De Muntel leunt dicht tegen de binnenstad aan, daarvan gescheiden dooor de Aa en de Zuid-Willemsvaart. In deze woonwijk bevindt zich verspreid een aantal winkels. In een daarvan nemen we vandaag een kijkje, achter de voorgevel van: Moliusstraat 4-6. Bijna honderdjaar geleden, op 23 november 1898, werd op het in de Zuiderzee gelegen eiland Urk Louwe Post geboren. Hij was afkomstig uit een vissersfamilie. Ook zijn vader was 'visserman'. Maar twintig jaar later gebeurde er iets, waardoor zijn leven een beslissende wending nam. Op 14 juni 1918 kwam de 'Wet tot uitvoering der Zuiderzeewerken' tot stand. In het algemeen werd toen aangenomen dat de 'visscherij ten doode gedoemd is, misschien zal er eenige zoetwatervisscherij op het IJsselmeer ontstaan'. Want, inderdaad, door de aanleg van een grote dijk veranderde de Zuiderzee in IJsselmeer en werd het zoute water langzamerhand zoet. Louwe Post viste eerst nog in de zomermaanden en werkte in de winter op een fabriek in Zaandam. Later werkte hij bij een houthandel. Maar de vis bleef trekken en omdat twee broers van hem in de vishandel zaten, besloot hij hierin eveneens aktief te worden. Louwe trok met zijn bruid Willempje Willemszoon in 1927 naar 's-Hertogenbosch. In het katholieke zuiden aten ze in ieder geval éénmaal per week vis, op vrijdag. Post werd 'koopman in visch' en verkocht zijn waren vanaf de wagen. Tijdelijk huurde hij een winkel aan het Hinthamereinde. De Bossche aannemer Verhagen wees Post in 1931 op een lege plek in de Moliusstraat; wellicht zou hij hier een viswinkel kunnen beginnen; de wijk De Muntel was immers aan het groeien. Om definanciering rond te krijgen ging Post naar het klooster, waar hij de kloosterlingen eraan herinnerde dat het belangrijk was dat hij zijn zaak in de woonwijk vestigde in verband met het eten van vis op vrijdag. Het lukte hem een lening tegen twee procent rente rond te krijgen. Op 31 december 1931 moest Post zijn huurpand aan het Hinthamereinde verlaten. Zijn nieuwe zaak was nog niet klaar, maar toch werd de bovenwoning (nummer 6) toen al betrokken. Enige tijd later was het pand klaar en trots werd er op de voorgevel - in de spelling van die tijd - geschilderd: Vischhal. Want een echte winkel was het niet; daarom is de naam 'hal' inderdaad beter van toepassing. Achterin werd de vis schoongemaakt en via een vitrine verkocht. In 1938 kosste bijvoorbeeld een 'Hollandse koelhuisharing' vier cent. Het ging goed met Post en op een gegeven moment bezat hij ook nog winkels in de Dr. Schaepmanstraat (1950) en de Mgr. Diepenstraat (1955). Thans is er nog maar één zeevishandel van Post: de door zoon Loek gedreven en vergrote zaak in de Moliusstraat. Daar wordt nog steeds vis schoongemaakt en verkocht achter de voorgevel met het opschrift 'Vischhal'. |
1994 |
Henny MolhuysenAchter de voorgevel : VischhandelBrabants Dagblad donderdag 6 oktober 1994 (foto) |
1943 | L. Post (koopman) |